Recht van nu 9 Contractenrecht 9 Wie draait op voor de schade bij een proefrit?

Wie draait op voor de schade bij een proefrit?

28 feb, 2022

Een auto is een grote aankoop, in ieder geval voor veel mensen. Over het algemeen willen potentiële kopers om die reden graag een proefrit maken, voordat zij de auto daadwerkelijk kopen. Maar wat als er tijdens de proefrit een ongeluk plaatsvindt? Wie is dan eigenlijk aansprakelijk voor de schade? De kantonrechter Haarlem moest hierover beslissen in zijn vonnis van 24 november 2021.

Wat waren de feiten?

Eiseres, Import USA-Cars, exploiteert een autobedrijf. Zij heeft zich gespecialiseerd in de handel in Amerikaanse wagens.

Op 30 november 2019 heeft bij Import USA-Cars een sales event plaatsgevonden. Bij dit event heeft gedaagde een testrit gemaakt in een GMC Denali. Tijdens die proefrit reden een vriend van gedaagde en twee hostesses van eiseres mee als passagier.

Tijdens de testrit is gedaagde de macht over het stuur verloren. Daardoor is hij tegen een paaltje in de berm gereden. Daarbij is voor € 10.171,98 schade ontstaan, voornamelijk aan de voorzijde van de auto.

Gedaagde heeft de auto uiteindelijk niet gekocht.

De vordering; is gedaagde tekortgeschoten betreffende een bruikleenovereenkomst?

Import USA-Cars heeft gedaagde aansprakelijk gesteld voor de schade. Zij heeft zich op het standpunt gesteld dat de auto op grond van een bruikleenovereenkomst aan gedaagde was uitgeleend.

De bruikleenovereenkomst is de overeenkomst “waarbij de eene partij aan de andere eene zaak om niet [lees: voor niets] ten gebruike geeft, onder voorwaarde dat degene die deze zaak ontvangt, dezelve, na daarvan gebruik te hebben gemaakt, of na eenen bepaalden tijd, zal terug geven.”

In de ogen van eiseres is gedaagde tekortgeschoten in de op hem rustende verplichtingen om de auto in ongeschonden staat terug te geven.  

Gedaagde heeft aansprakelijkheid van de hand gewezen. Om die reden heeft eiseres gedaagde gedagvaard.

Het oordeel van de kantonrechter

De gedaagde is terecht gedagvaard

De gedaagde heeft in de eerste plaats aangevoerd dat Import USA-Cars niet-ontvankelijk moet worden verklaard. In zijn ogen heeft hij de proefrit gemaakt in zijn hoedanigheid van bestuurder/vennoot van een vennootschap onder firma (V.O.F.). Om die reden zou eiser die V.O.F. hebben moeten dagvaarden (en niet hem in privé).

Naar het oordeel van de kantonrechter slaagt dit verweer niet. Een schuldeiser met een vordering op een V.O.F. heeft namelijk twee samenlopende vorderingen. Die schuldeiser kan zich zowel verhalen op het vermogen van de vennootschap onder firma, maar ook op het privévermogen van de afzonderlijke vennoten. Deze zijn namelijk hoofdelijk aansprakelijk. De kantonrechter verwijst naar het arrest van de Hoge Raad van 13 december 2002.

Onder die omstandigheden acht de kantonrechter het niet nodig om te onderzoeken of de gedaagde de proefrit überhaupt als bestuurder/vennoot heeft gemaakt, omdat dit toch niets verandert aan de uitkomst van de kwestie.

Er is sprake van een bruikleenovereenkomst

Aanvullend heeft gedaagde betwist dat sprake was van een bruikleenovereenkomst. In zijn ogen heeft hij de auto tijdens de proefrit weliswaar bestuurd, maar is de auto steeds bij eiseres in beheer gebleven. Hij was van mening dat hij de ronde had gereden onder leiding en toezicht van de twee hostesses.

Ook dit verweer volgt de kantonrechter niet. Nu gedaagde de auto enige tijd mocht gebruiken voor een proefrit, zonder dat hij daarvoor hoefde te betalen, is naar het oordeel van de kantonrechter sprake van een overeenkomst van bruikleen.

De omstandigheid dat partijen de overeenkomst niet op papier hebben gezet, maakt dit niet anders. Sterker nog, het feit dat partijen zich er niet van bewust waren dat zij een bruikleenovereenkomst aangingen, acht de kantonrechter niet eens relevant. De partijhandeling wordt namelijk door het recht gekwalificeerd, ongeacht of partijen dat rechtsgevolg hebben gewild of voorzien.

Het verweer van gedaagde, dat enkel vriendendiensten als overeenkomst van bruikleen zouden kunnen worden gekwalificeerd, gaat dan ook niet op.

Gedaagde is aansprakelijk, tenzij…

Nu gedaagde als bruiklener wordt aangemerkt, had hij de verplichting om “als een goed huisvader voor de bewaring en het behoud van de geleende zaak te zorgen”. Daarmee mocht van hem worden verwacht dat hij voorzichtig met de auto zou omgaan en deze na de proefrit in goede staat zou teruggeven.

In die verplichting is gedaagde tekortgeschoten. Hij is immers de macht over het stuur verloren en tegen een paaltje aangereden. Daardoor is de auto flink beschadigd geraakt. Onder die omstandigheden is gedaagde aansprakelijk voor de schade, tenzij de tekortkoming niet aan hem kan worden toegerekend.

Het beroep op overmacht gaat niet op

In dit kader heeft gedaagde een beroep gedaan op overmacht. Het beroep op overmacht gaat op, als de gedaagde de macht over het stuur heeft verloren door een omstandigheid die niet aan hem kan worden toegerekend en ook niet voor zijn risico komt. De bewijslast daarvan rust op hem.

In de ogen van gedaagde bestaat de overmacht eruit dat het ongeluk een gevolg is van de combinatie van een zware auto, een scherpe bocht en onverwachte gladheid door een nat wegdek.

Naar het oordeel van de kantonrechter komt gedaagde geen beroep op overmacht toe. Dat sprake was van een zware auto, had gedaagde immers bekend moeten zijn. Daarmee had hij dan ook rekening moeten houden bij het nemen van de bocht. Bovendien is van enige gladheid niet gebleken. Bij dit alles betrekt de kantonrechter dat één van de hostesses heeft verklaard dat gedaagde een ‘pittige’ rijstijl had.  

Was de auto voldoende verzekerd?

Naar het oordeel van de kantonrechter was Import USA-Cars – anders dan gedaagde heeft gesteld – ook niet tekortgeschoten in de verplichting om een passende verzekering af te sluiten. Naar het oordeel van de kantonrechter was de WA-verzekering afdoende. Eiseres had dan ook geen verplichting gehad om een allrisk verzekering af te sluiten. Import USA-Cars had gedaagde hierover ook niet hoeven informeren; gedaagde had hiernaar navraag moeten doen.

Gedaagde wordt veroordeeld tot betaling

Op grond van het vorenstaande wordt gedaagde veroordeeld tot vergoeding van de schade van Import USA-Cars.

Let op bij proefritten!

Op zich is het logisch dat een potentiële koper tijdens een proefrit voorzichtig te werk moet gaan. Hij bestuurt immers een auto die (nog) niet van hem is. Tegelijkertijd voelt het best vergaand dat de bestuurder in principe aansprakelijk is voor de schade die door een ongeval tijdens zo’n proefrit optreedt. Een ongeluk zit immers in een klein hoekje. Bovendien is het voor de verkoper veel gemakkelijker om de auto te verzekeren. En ben nu eerlijk; wie vraagt er actief naar de verzekering van het voertuig of de omvang van het eigen risico, als het garagebedrijf daarover uit zichzelf geen informatie verstrekt, bijvoorbeeld middels een proefritformulier? Maar wellicht dat de rechter wel meer waarde heeft gehecht aan de uitspraak van de hostess, over de ‘pittige’ rijstijl van de gedaagde, dan uit het vonnis kan worden afgeleid.